[4] Er was nóg iets dat aanleiding gaf tot die militaire expeditie. Onder de huursoldaten van Amasis was een man uit Halikarnassos. Hij heette Fanes en was intelligent en een moedig strijder. Deze Fanes was om een meningsverschil met Amasis op een vrachtschip uit Egypte gevlucht en wilde met Kambyses in contact komen.
Fanes informant
Omdat hij onder de huursoldaten een belangrijke positie bekleedde en zeer goed geïnformeerd was over Egypte, achtervolgde Amasis hem en maakte er serieus werk van hem te arresteren. Hij stuurde de eunuch die hem het meest loyaal was[1] op een oorlogsschip achter hem aan. Deze kreeg hem in Lykia te pakken, maar bracht hem vervolgens niet terug naar Egypte, want Fanes was hem te slim af. Hij ontkwam naar Perzië door zijn bewakers dronken te voeren.
Kambyses stond aan het begin van de militaire expeditie tegen Egypte, maar twijfelde over welke route hij door de woestijn moest nemen. Nu verscheen Fanes, die hem niet alleen over Amasis informatie gaf, maar ook uitleg gaf over de route. Hij gaf hem de tip om een gezant te sturen naar het stamhoofd van de Arabieren[2] en deze te vragen hem een veilige doorgang te verschaffen.
De woestijn scheidt Egypte
[5] Alleen hierlangs heb je een open toegangsweg naar Egypte. Vanaf Foenicië tot aan de grenzen van de stad Kadytis behoort het gebied toe aan de zogeheten Palestijnse Syriërs. Vanaf Kadytis, in mijn ogen een stad niet veel kleiner dan Sardes, helemaal tot aan de stad Ienysos zijn de depots aan de kust Arabisch,[3] vanaf Ienysos tot aan het Serbonismeer daarentegen Syrisch, daar immers waarlangs de berg Kasios zich in zee uitstrekt.[4] Vanaf het Serbonismeer, waarin volgens de overlevering Tyfon ligt weggestopt, is het Egypte. De afstand tussen Ienysos en de berg Kasios met het Serbonismeer is groot. De reis kost je ongeveer drie dagen en er is nergens water.
Toch water
[6] Ik zal melding maken van iets wat weinigen die op Egypte varen, is opgevallen. Vanuit heel Griekenland en verder nog Foenicië worden het hele jaar door kruiken vol wijn in Egypte ingevoerd en toch kun je bij wijze van spreken niet één wijnkruik er zien liggen.[5] Je kunt je afvragen, waarvoor die worden gebruikt. Ook dat zal ik uitleggen. Elke plaatselijke bestuurder is verplicht[6] alle kruiken in zijn stad te verzamelen en naar Memfis te brengen. De bestuurders daar brengen die, gevuld met water, naar die woestijn in Syria. De kruiken die Egypte binnenkomen en worden leeggemaakt, worden naar Syria gebracht en bij de oude gevoegd.
[7] Het zijn dus de Perzen die deze toegangsweg naar Egypte hebben geregeld door, zodra zij Egypte hadden ingenomen, op beschreven wijze voor water te zorgen. Omdat er vroeger nog geen water voorhanden was, heeft Kambyses op basis van de informatie van zijn contactpersoon uit Halikarnassos gezanten naar de Arabier[7] gestuurd en kreeg de veilige doorgang waarom hij vroeg, nadat ze elkaar over en weer loyaliteit hadden beloofd.
Arabieren en hun trouw
[8] Arabieren zijn mensen die het meeste ontzag voor beloftes hebben. Het doen van beloftes gaat bij hen ongeveer als volgt. Als ze elkaar trouw willen beloven, stelt een derde zich tussen hen op en maakt met een scherpe steen een insnijding langs de duimen aan de binnenkant van de handen van de twee die hun beloftes doen. Daarna smeert hij met een stukje stof van ieders mantel het bloed uit over zeven tussen hen in liggende stenen en richt zich ondertussen in een gebed tot Dionysos en Ourania.[8]
Wanneer hij het ritueel heeft afgesloten, stelt degene die de belofte van trouw heeft afgelegd, de vreemdeling aan zijn eigen vrienden voor of anders zijn stadgenoot, wanneer hij die bij een stadgenoot heeft afgelegd. Zijn vrienden vinden dat ook zijzelf zich aan de beloftes moeten houden.
Zij geloven alleen in Dionysos en Ourania en beweren een haardracht te hebben precies zoals de haren bij Dionysos geknipt worden: zij scheren hun slapen kaal en knippen zich het haar rond af.[9] Dionysos noemen ze Orotalt, Ourania Alilat.[10]
Pijpleiding naar de woestijn
[9] Toen de Arabier zijn belofte had gedaan ten overstaan van de boodschappers die van Kambyses waren gekomen, bedacht hij het volgende. Hij liet kamelenhuiden vullen met water en al zijn levende kamelen ermee beladen. Vervolgens reed hij de woestijn in en wachtte daar op het leger van Kambyses.
Dit is het meest geloofwaardige verhaal, maar ook het minder geloofwaardige moet verteld, want ze blijven het maar vertellen. In Arabië heb je een grote rivier genaamd Korys en deze mondt uit in de zee die ze de Rode Zee nomen. Ze zeggen dat het stamhoofd van de Arabieren van runderhuiden en huiden van andere dieren een pijpleiding aaneen heeft laten naaien die zo lang was dat deze vanuit die rivier in de woestijn uitkwam. Hij liet hierdoorheen het water aanvoeren en in de woestijn grote cisternen uitgraven die het water moesten opvangen en bewaren.
De reis van de rivier naar die woestijn duurt twaalf dagen.[11] Hij zou het water door drie pijpleidingen naar drie plekken hebben geleid.
[1] Ook bij de Perzen werden eunuchen om hun loyaliteit gewaardeerd (vgl. boek 8, hfdst. 105).
[2] Het stamhoofd van het gebied waarlangs de tocht moest plaatsvinden.
[3] De depots waren de locaties waar de caravaanroutes op de kust uitkwamen, zgn. emporia (Gr. ἔμπορια).
[4] De (ligging van de) berg Kasios wordt beschreven in boek 2, hfdstt. 6 & 158.
[5] Bedoeld wordt leeg en gebruikt.
[6] De verplichting gold sinds de onderwerping van Egypte, nadat de Perzen ervaring hadden opgedaan met de lastige passage door de woestijn.
[7] Het stamhoofd waarvan sprake is in hfdst. 4.
[8] Ourania, ‘dochter van Ouranos’, was de bijnaam van Afrodite; haar tempel stond in het Syrische Askalon (zie boek 1, hfdst. 105).
[9] Dit in tegenstelling tot de Grieken die hun bakkebaarden laten staan.
[10] Vgl. boek 1, hfdst. 131.
[11] Een licht bepakt persoon legt op een dag 40 km. af; als voor iedere strekkende meter één vel nodig was om de pijpleiding te bekleden, zou het onvoorstelbare aantal van 480.000 dierenhuiden zijn gebruikt, de afsplitising in drie leidingen niet meegerekend.