Druk op "Enter" om naar de inhoud te gaan

Orakels adviseren Kroisos

[53] De mensen die die geschenken naar de heiligdommen zouden brengen,[1] hadden van Kroisos de opdracht meegekregen om de orakels te vragen of hij met een leger tegen de Perzen moest optrekken en of hij in dat geval een bepaald volk met zijn leger tot zijn vriend moest maken? Aangekomen op hun plaats van bestemming presenteerden de Lydiërs hun geschenken en vroegen de orakels om advies met de woorden: “Kroisos, koning van de Lydiërs en andere volkeren, vindt deze orakels de enige echte in de wereld en geeft jullie geschenken die jullie onthullingen waard zijn. Nu vraagt hij jullie of hij met een leger tegen de Perzen moet optrekken en een bepaald volk met zijn leger tot bondgenoot moet maken?” Dat was hun vraag en van beide orakels luidden de conclusies hetzelfde, want ze voorspelden Kroisos dat hij een groot rijk zou vernietigen, wanneer hij met een leger tegen de Perzen zou optrekken. Ook adviseerden ze hem om op zoek te gaan naar de machtigste Grieken en die tot zijn vrienden te maken.

Het orakel verkeerd opgevat

[54] De voorspellingen werden aan Kroisos overgebracht en toen hij daarvan kennis had genomen, raakte hij er zeer opgetogen van. Omdat hij er vast op rekende het koninkrijk van Kyros te vernietigen, stuurde hij opnieuw gezanten naar Pytho[2]en schonk de inwoners van Delfi, na vernomen te hebben hoeveel dat er waren, per persoon twee gouden staters. De Delfiërs op hun beurt verleenden Kroisos en de Lydiërs voorrang bij raadpleging van het orakel, vrijstelling van betaling, recht op voorste rang in het theater en voor een ieder van hen het eeuwige recht het burgerschap van Delfi.

[55] Na al die geschenken aan de Delfiërs raadpleegde Kroisos het orakel voor de derde keer. Sinds hij van zijn betrouwbaarheid kennis had genomen, maakte hij er volop gebruik van. Tijdens zijn  raadpleging luidde zijn volgende vraag of zijn alleenheerschappij van lange duur zou zijn. De Pythia gaf hem het volgende antwoord:

“Wanneer nu een muilezel koning van de Meden wordt,[3]
zet het dan, Lydiër met tere voeten,[4] langs de kiezelrijke Hermos
op een vluchten, sta niet stil en schaam je niet voor je lafheid.”

De woorden van de Pythia in boek 1, hfdst. 55.

[56α] Toen die woorden Kroisos bereikten, was hij hiermee het allermeest opgetogen. Hij ging ervanuit dat een muilezel nooit in plaats van een mens koning zou zijn van de Meden en dat hijzelf en zijn nageslacht eeuwig zouden heersen.


[1] Het Marmor Parium (fr. A41, rr. 56-57) geeft een datering van 556/555 voor Christus.

[2] Oude, cultische naam van Delfi; in oorsprong was het de slang die door Apollo werd gedood en door het bloed waarvan de god zijn zienersgaven kreeg. 

[3] De uitleg hiervan volgt verderop in hfdst. 91.

[4] Een verwijzing naar de luxe leefwijze van de Lydiërs in latere tijd (vgl. hfdst. 155); het orakel is een bedenksel achteraf, vaticinium post eventum.