Druk op "Enter" om naar de inhoud te gaan

Dareios bezichtigt de Bosporos

[83] Terwijl Dareios plannen maakte tegen de Skythen en overal gezanten stuurde om van sommigen een bijdrage in de vorm van een landleger te vragen, van anderen een vloot of om een brug te slaan over de Bosporos bij Thrakia, drong zijn broer Artabanos er bij hem op aan helemaal geen militaire expeditie te houden. Hij benadrukte hoe moeilijk het was om de Skythen aan te vallen. Toch kon hij met zijn goede raad de ander niet overtuigen en hij zag van verdere pogingen af. En toen alle voorbereidingen waren getroffen, trok Dareios vanuit Sousa op.[1]

[84] In die dagen vroeg Oiobazos, een Pers,[2] aan Dareios één zoon thuis te laten, omdat hij er drie had en zij allen aan de legerexpeditie deelnamen. Dareios antwoordde dat hij al z’n zonen thuis zou laten: het ging om een redelijk verzoek van een vriend. Oiobazos was uitgelaten van vreugde, want hij dacht dat zijn zonen van dienstplicht waren ontheven, maar Dareios gaf de hiervoor verantwoordelijken het bevel álle zonen van Oiobazos te doden. Zij werden vermoord en ter plekke achtergelaten.

[85] Dareios marcheerde op vanuit Sousa, bereikte de Bosporos bij Kalchedon waar de brug over het water lag, en voer vandaaruit op een schip naar de zogeheten Kyaneai (volgens de Grieken waren het vroeger ‘losgeslagen’ eilanden).[3] Hij nam plaats op een bergrug en liet zijn blik gaan over de Pontos daar waar je een mooi uitzicht hebt.

Het is de meest fabelachtige zee en hij heeft een lengte van 2053 kilometer en is op z’n breedst meer dan 610,5 kilometer.[4] De monding van die zee is 740 meter breed en de lengte daarvan, zeg maar de hals daarvan, die de Bosporos heet (waaroverheen de brug was aangelegd), bedraagt 22,2 kilometer. De Bosporos reikt tot aan de Propontis.[5] Met een breedte van 92,5 kilometer en een lengte van 259 kilometer mondt deze uit in de Hellespont, die op z’n smalst 1,3 kilometer is en een lengte heeft van 74 kilometer. De Hellespont mondt uit in het wijde zeebekken dat de Egeïsche Zee heet.

Google Maps: B = Bosporos, H = Hellespont, P = Propontis.

[86] De meting hiervan is als volgt tot stand gekomen. Een schip legt in de zomertijd in de regel om en nabij 129,5 kilometer af overdag en 111 kilometer ’s nachts.[6] Welnu, vanaf de monding naar de Fasis (dat is het verste stuk over de Pontos) duurt de vaart al negen dagen en acht nachten. Dat zijn 2053,5 kilometer; dat aantal kilometers is gelijk aan 11.100 stadia. Vanuit het land van de Sinden naar Themiskyra aan de Thermodon (over dat stuk is de Pontos het breedst) duurt de vaart drie dagen en twee nachten. Dat zijn 610,5 kilometer, dat wil zeggen 3.300 stadia.[7]

Die zeeën, de Pontos, de Bosporos en de Hellespont, zijn zo door mij gemeten en zoals door mij beschreven. De Pontos omvat ook een meer dat erin uitkomt en niet veel kleiner is dan de zee zelf: het wordt de Maietis genoemd, ‘Moeder van de Pontos’.


[1] Sousa (Gr. Σοῦσα) was de hoofdstad van Perzië.

[2] Herodotos vermeldt expliciet dat het hier om een landgenoot van Dareios gaat en niet om een burger van een van de onderworpen volkeren.

[3] Een verzameling rotsen en kleine eilanden in de noordelijke monding van de Bosporos, door de dichter Euripides de “klaprotsen” (Συμπλήγαδες, Ifigeneia in Tauris r. 260) genoemd, omdat zij niet aan de bodem van de zee waren verankerd.

[4] Alle getallen zijn in de brontekst uitgedrukt in stadia (een stadion, Gr. στάδιον, is een lengtemaat van 185 m.); de Zwarte Zee zou dus volgens deze berekening een gigantische omvang hebben. In werkelijkheid is de Zwarte Zee op z’n langst ong. 1000 km. en op z’n breedst minder dan 500 km. Als het niet om een geval van overdrijving gaat, heeft Herodotos het aantal dagen varen langs de kust omgerekend naar afstandsmaten.

[5] Lett. “De zee vóór de Pontos”.

[6] De telling is gebaseerd op de vadem, orguia (Gr. ὀργυία), d.w.z. 1,85 m. (zie hfdst. 41).

[7] In deze alinea is ervoor gekozen om de vadems om te zetten naar ‘kilometers’ en het begrip stadion onvertaald te laten.