Druk op "Enter" om naar de inhoud te gaan

Farao Psammetichos

[151] De twaalf farao’s hielden zich aan een humaan beleid. Toen zij na verloop van tijd aan het slot van offerplechtigheden in de tempel van Hefaistos op de laatste feestdag een plengoffer wilden brengen, haalde de opperpriester voor hen elf gouden schalen tevoorschijn waarmee zij normaal gesproken het vocht uitgoten. De man had zich vergist in het aantal, want ze waren met z’n twaalven. Omdat Psammetichos, die als laatste van hen in de rij stond, op dat moment geen schaal had, nam hij z’n helm, die van brons was,[1] af, hield die voor zich en goot het vocht eruit. Ook alle andere farao’s droegen helmen en hadden die toen bij zich.

Plengoffer

Psammetichos nu hield zonder enig kwade opzet z’n helm voor zich, maar de anderen realiseerden zich wat Psammetichos deed en wat hen door het orakel was voorspeld: wie van hen uit een bronzen schaal een plengoffer bracht, zou enig farao over Egypte worden.[2] Ze dachten hieraan terug, maar vonden het niet juist om Psammetichos te doden, omdat zij tijdens een ondervraging vaststelden dat hij met geen enkel opzet handelde. Ze namen wel het besluit hem te beroven van de meeste macht en naar de moerassen te verbannen en verboden het hem daaruit te komen en contact te hebben met de rest van Egypte.

Voorspelling

[152] Deze Psammetichos was eerder voor Sabakos, de Ethiopiër en de moordenaar van zijn vader Nekos, naar Syria gevlucht, maar hij is, toen de Ethiopiër vanwege z’n droom was vertrokken,[3] door Egyptenaren uit het district Saïs teruggehaald. Daarna moest hij voor de tweede keer tijdens zijn heerschappij door toedoen van de elf farao’s om de helm vluchten, nu naar de moerassen.

Hij vond dat hem groot onrecht door hen was aangedaan en zon op een plan om zich op zijn verdrijvers te wreken. Hij stuurde gezanten naar de stad Bouto, waar zich het meest betrouwbare orakel voor de Egyptenaren bevond, en hem bereikte de voorspelling dat wraak vanuit zee zou komen, wanneer mannen van brons waren opgedoken. Groot was natuurlijk het ongeloof dat hem bekroop. Mannen van brons zouden hem komen helpen?

Mannen van brons

Er ging niet veel tijd voorbij of mannen uit Ionia en Karia, die voor een rooftocht waren uitgevaren, weken noodgedwongen uit naar Egypte.[4] Toen zij aan land waren gegaan en hun wapenrusting van brons hadden aangetrokken, is een Egyptenaar naar de moerassen en Psammetichos gegaan. Hij had nog nooit mensen in een wapenrusting van brons gezien en meldde: “Mannen van brons zijn uit zee gekomen en houden in de vlakte plundertochten!”

Psammetichos besefte dat het orakel zijn vervulling kreeg en trad de Ioniërs en Kariërs vriendelijk tegemoet. Hij deed hen grote beloftes en probeerde ze over te halen zich aan zijn zijde te scharen. Met succes, want met hun steun en die van bereidwillige Egyptenaren versloeg hij de farao’s.

Een hal voor Apis

[153] Nu Psammetichos de macht over heel Egypte had gekregen, liet hij voor Hefaistos in Memfis het zuidelijke poortgebouw aanleggen. Hij bouwde tegenover het poortgebouw een hal voor Apis,[5] waar deze na zijn verschijning verzorgd wordt, geheel omgeven door zuilen en vol afbeeldingen. Het dak van de hal wordt gestut door twaalf enorme, vijf en een halve meter hoge[6] standbeelden, die als zuilen dienstdoen. Apis is in het Grieks Epafos.

Egyptenaren leren Grieks

[154] Psammetichos verleende de Ioniërs en Kariërs die met hem hadden samengewerkt, het recht om in tegenover elkaar liggende gebieden,[7] met de Nijl ertussenin, te wonen. Die gebieden werden ‘districten’[8] genoemd. Die gebieden stond hij aan hen af en hij betaalde hen ook al het andere uit dat hij had beloofd. Verder koppelde hij hen met jonge Egyptenaren om hen diepgaande kennis te laten opdoen van de Griekse taal. Van hen die de taal hebben geleerd, stammen de huidige tolken in Egypte af.[9]

Grieken leren Egyptisch

De Ioniërs en Kariërs hebben lange tijd in die gebieden gewoond. Die liggen vlak aan zee ten noorden van Boubastis bij de monding van de Nijl die ze ‘Pelousisch’ noemen.[10] Later heeft farao Amasis hen daarvandaan verplaatst en in Memfis gevestigd, omdat hij hen tot zijn lijfwacht maakte tegen de Egyptenaren. Zo komt het dat wij, Grieken die met hen contact hebben, door hun vestiging in Egypte goed op de hoogte zijn van alles wat daar gebeurt, te beginnen bij Psammetichos en later. Zij waren namelijk de eersten die zich in Egypte vestigden en een andere taal spraken. Op de plekken die zij hadden verlaten, had je tot in mijn tijd nog de rails van de schepen en de ruïnes van hun huizen.

Zo kreeg Psammetichos dus de macht over Egypte.


[1] Egyptische helmen waren doorgaans van leer gemaakt, maar brons past beter bij de uitspraak van het orakel (zie eind hfdst. 147). 

[2] De voorspelling is hiervoor gedaan, met dit verschil in nuance dat hier sprake is van “enig farao over Egypte” i.p.v. “farao over heel Egypte” (zie eind hfdst. 147).

[3] Aan een door orakels voorspelde periode van 50 jaar regeren was een eind gekomen en een droom deed hem besluiten direct het veld te ruimen (zie hfdst. 139).

[4] Waarschijnlijk werden zij door de wind uit de richting gedreven, zoals ook Alexandros overkwam, toen hij met Helena vanuit Sparta op weg was naar Troje (zie hfdst. 113).

[5] De heilige, smetteloos zwarte stier die eens in de zoveel tijd aan de Egyptenaren verschijnt (vgl. hfdst. 38).

[6] Om precies te zijn 12 ‘el’, pechys (Gr. πῆχυς), i.e. 12 x 46 cm.

[7] Hier wordt de suggestie gewekt dat er rivaliteit heerste tussen de Ioniërs en Kariërs.

[8] De brontekst heeft het over ‘legerplaatsen’, stratopeda (Gr. στρατόπεδα), afgesloten woonoorden voor buitenlandse bevolkingsgroepen, zoals ook Foeniciërs uit Tyros in Memfis een eigen wijk hadden (zie hfdst. 112 en opm. 1).

[9] Een mededeling die doet vermoeden dat de schrijver goed geïnformeerd over Egypte was dankzij communicatie in het Grieks.

[10] Pelousion was de meest oostelijke grensplaats gelegen aan de Middellandse Zeekust van Egypte; misschien worden met de woongebieden van de Ioniërs en Kariërs de ‘grensposten’ bij Dafnai bedoeld die eerder (zie hfdst. 30) genoemd zijn.