Druk op "Enter" om naar de inhoud te gaan

Koninginnen van Babylon

[184] Over dit Babylon zijn velen koning geweest die voor de stadsmuren en de tempels hebben gezorgd en over wie ik het zal hebben in mijn geschiedenis van Assyrië.[1] Onder hen had je ook twee vrouwen. De vrouw die eerder aan de macht was en vijf generaties eerder dan de andere leefde, heette Semiramis en door haar zijn overal in het vlakke land prachtige dijken tot stand gekomen. Vóór haar gebeurde het vaak dat de gehele vlakte door de rivier onder water kwam te staan.

Intelligentie van Nitokris

[185] De koningin die ná haar kwam, heette Nitokris en was intelligenter dan haar voorgangster. Zij liet monumenten na waarop ik straks nader zal ingaan. Daarnaast heeft zij, toen zij zag dat het rijk van de Meden groot was en zich niet gedeisd hield en er door hen steden waren verwoest, waaronder Niniveh, zich met alle middelen hiertegen gewapend.

Zij liet allereerst verderop[2] kanalen graven en maakte de Eufraat, vroeger een rechte rivier die dwars door hun stad stroomt, zó bochtig, dat hij een van de dorpen in Assyrië driemaal aandoet.[3] Het dorp waar de Eufraat komt, heet Arderikka. Nog steeds komen de mensen, wanneer ze vanuit de zee[4] hier naar Babylon reizen en de Eufraat afvaren, driemaal langs datzelfde dorp en dat in drie dagen.[5] Zoiets deed zij dus, maar zij liet ook nog langs beide oevers van de rivier een opmerkelijk omvangrijke en hoge dijk opwerpen.

Ver boven Babylon liet zij een spaarbekken voor een meer graven dat zich op korte afstand van de rivier uitstrekt, zo diep als het grondwater en met een omtrek van meer dan 75 kilometer.[6] Toen het klaar was, liet zij stenen aanvoeren en trok er rondom een talud mee op.

Dat waren de twee dingen die zij liet uitvoeren: de rivier kreeg bochten en de uitgraving werd een volledig moeras. Hierdoor zou de rivier, omgekruld tot vele bochten, trager worden, een vaart op de boot naar Babylon slingerend verlopen en op de vaart nog een lange omtrekkende beweging om het meer volgen. Op die manier werd het gebied aangepakt waar de invalswegen en sluiproutes liepen vanuit Media, want zij wilde voorkomen dat de Meden zich met haar land bemoeiden en erachter kwamen wat zij deed.

Een brug over de Eufraat

[186] Dat waren de verdedigingswerken die zij door graafwerk liet aanleggen. Hieruit vloeiden van haar kant nog meer activiteiten voort en dat waren zo’n beetje de volgende. De stad heeft twee delen en de rivier ligt er precies tussenin. Wanneer je van het ene deel naar het andere wilde oversteken, moest je in de tijd van eerdere koningen dat met een boot doen en dat was volgens mij een hele toer. Ook hiervoor vond zij een oplossing.

Na het uitgraven van het spaarbekken voor het meer liet zij direct volgend op dat werk nog een monument na. Zij liet supergrote stenen houwen en, toen die klaar waren, de stroom van de rivier geheel ombuigen naar het uitgegraven gebied. In de tijd dat dit volstroomde, kwam de oude bedding droog te staan en bouwde zij kades waar de rivier de stad aandeed en hellingen die vanuit de poortjes naar de rivier leidden, met bakstenen op dezelfde manier als in de stadsmuur.[7] Verder bouwde zij zo ongeveer midden in de stad een brug van de stenen die zij had laten uitgraven en samensmeden met ijzer en lood.[8] Daaroverheen spande zij, telkens wanneer het dag werd, vierhoekige balken[9] waarover de Babyloniërs naar de overkant gingen. Elke avond werden die balken weggehaald[10] en de reden hiervan was dat zij wilde verhinderen dat de Babyloniërs elkaar over en weer zouden bestelen.[11]

Toen de kuil door de rivier een goed gevuld meer was geworden en het werk aan de brug netjes was opgeleverd, leidde zij de Eufraat vanuit het meer terug in zijn oude bedding. Zo bleek dat de transformatie van kuil naar moeras haar nut heeft bewezen en was er voor de inwoners van de stad een brug geïnstalleerd.

Grafmonument

[187] Uitgerekend diezelfde koningin bedacht ook een list die ongeveer als volgt ging. Boven op de drukst bezochte stadspoort heeft zij een grafmonument voor zichzelf opgericht, helemaal bovenin. Daarop heeft zij een inscriptie aangebracht met de volgende tekst:

“Mocht een koning van Babylon ná mij geld tekortkomen,
moet deze het graf openen en zoveel geld nemen als hij wil.
Alleen en alleen bij gebrek aan geld mag hij het openen,
want anders wordt het er niet beter op.”

grafschrift Nitokris
Het grafschrift van Nitokris in boek 1, hfdst. 187.

Dat graf bleef onaangetast, totdat het koningschap in handen kwam van Dareios. Hij vond het een slecht idee om niets met die poort te doen en het geld zich niet toe te eigenen, terwijl het voor het grijpen lag en de inscriptie hem daartoe uitnodigde. Hij nam die poort echter nooit, omdat hij bij het passeren ervan een lijk boven zich kreeg.

Hij liet het graf wel openen, maar vond er geen geld, alleen het lijk en een tekst met de mededeling: “Als je niet zo’n honger naar geld had en hebzuchtig was, had je geen graven geopend.” Zo’n koningin was het dus volgens de berichten.

Aanbevolen literatuur

Een uitgebreide studie over Semiramis is gedaan door Victoria Eileen Worall, Representations of Semiramis from Antiquity to the Medieval Period, Univ. of Queensland (2019).

De mysterieuze herkomst van koningin Nitokris wordt nader belicht in R. Stiehl – H.E. Stier (Hg.), Beiträge zur Alten Geschichte und deren Nachleben, Festschrift F. Altheim zum 6.10.1968, Berlin,1969, S. 127-135.


[1] Ook in hfdst. 106 laat de schrijver weten in een apart werk op de geschiedenis van de Assyriërs terug te zullen komen, maar hij maakt dit niet waar; misschien is de tweede excurs over Babylon en omgeving (hfdstt. 1921-95 en hfdstt. 196-200) zijn oogmerk geweest.

[2] D.w.z. in de bovenloop van de Eufrates, voordat deze vanuit het noorden de stad bereikt.

[3] De meest simpele verklaring hiervan is, dat de rivier in de vorm van een omega (Ω) om het dorp is geleid en drie keer een bocht neemt (links, rechts, rechts), voordat hij zijn oude loop hervat.

[4] Wschl. wordt de Zwarte Zee (Euxeinos Pontos) bedoeld; het eerste stuk van de reis ging over land.

[5] Los van het feit dat ‘drie’ een magisch getal is bij Herodotos, geeft dit aantal dagen aan hoe lang de omleiding moet zijn geweest.

[6] Om precies te zijn 77.700 m., d.w.z. 420 stadia; een stadion (Gr. στάδιον) is een lengtemaat van 185 m.

[7] De bouw van de stadsmuur is in hfdst. 179 beschreven.

[8] Materialen om de stenen bijeen te houden en de voegen dicht te maken.

[9] De vierhoekige vorm zorgde voor een egaal oppervlak; het zal de bedoeling zijn geweest om de brug ook begaanbaar te maken voor rijdend materieel.

[10] Vermoedelijk werden niet alle balken elke keer weggehaald; het ontmantelen van een gedeelte van de brug was voldoende om een oversteek onmogelijk te maken.

[11] Er bestond blijkbaar een vorm van rivaliteit tussen de inwoners van de twee stadsdelen.