Druk op "Enter" om naar de inhoud te gaan

Sparta heeft geen haast

[6] De overtocht van de Atheners naar Salamis ging als volgt. Zolang als zij in afwachting waren van de komst van een leger uit de Peloponnesos dat hen hulp zou bieden, bleven ze in Attika. Maar omdat de Peloponnesiërs er nogal lang over deden en geen haast maakten en de agressor volgens de berichten al in Boiotia was, werd uiteindelijk tot algehele evacuatie overgegaan en staken ze op eigen initiatief over naar Salamis. Ze stuurden gezanten naar Lakedaimon om zich bij de Lakedaimoniërs te beklagen dat zij niets deden tegen de Perzische invasie in Attika en niet samen met hen naar Boiotia gingen om ze tegemoet te treden.[1] Zij moesten hen ook herinneren aan wat de Perzen de Atheners zoal hadden aangeboden, als ze voor de andere zijde zouden kiezen, en hen mededelen dat de Atheners op eigen kracht een methode zouden vinden om zich te beschermen, als zij hen niet hielpen.

Het feest gaat voor

[7] De Lakedaimoniërs waren in die tijd druk met festiviteiten, want ze vierden het feest van Hyakinthos.[2] Het voorbereiden van de ceremonies vroeg toen om hun grootste aandacht. Tegelijkertijd kregen de borstweringen op de muur die ze op de Isthmos aan het bouwen waren, vorm. Toen de gezanten uit Athene waren gekomen, met in hun kielzog gezanten uit Megara en Plataiai, hadden zij een onderhoud met de eforen[3] en zeiden het volgende:[4] [7α]“De Atheners hebben ons gestuurd met de boodschap dat de koning van de Meden niet alleen ons ons land teruggeeft, maar ons ook tot gelijke en evenwaardige coalitiepartners wil maken zonder valstrikken en valkuilen[5] en zelfs ons nog meer gebied wil geven naast wat wij al hebben en dat wijzelf kunnen uitzoeken. Wij respecteren echter Zeus, god van de Grieken, en vinden verraad aan Griekenland onacceptabel. We hebben het voorstel niet goedgekeurd, maar afgewezen, ook al gaan de Grieken lomp met ons om, laten zij ons in de steek en beseffen we dat het voordeliger is een pact met de Perzen te sluiten dan oorlog te voeren. Uit vrije wil zullen we dat al helemaal niet doen. Wat wij doen, geschiedt uit loyaliteit aan de Grieken. [7β] De angst sloeg jullie in die dagen totaal om het hart dat we een pact met de Perzen zouden sluiten. Maar nu jullie duidelijkheid hebben gekregen over onze stellingname[6] – verraad aan Griekenland, dat nóóit – en omdat de laatste hand wordt gelegd aan de muur die jullie dwars over de Isthmos aan het optrekken zijn,[7] tellen de Atheners niet langer voor jullie. Jullie hebben ons, ondanks de afspraak om met ons in Boiotia de Perzen tegemoet te treden, laten stikken en slechts toegekeken, toen de Perzen Attika binnenvielen. Onder de huidige omstandigheden zijn de Atheners over jullie ontstemd, want jullie handelswijze slaat nergens op. Ze verzoeken jullie nu direct samen met ons een leger op weg te sturen. Dan kunnen we de Perzen in Attika ‘verwelkomen’. Nu we de kans in Boiotia hebben gemist, is de vlakte van Thria[8] op ons grondgebied het geschiktst om erop te vechten.”[9]


[1] Zo luidde het verzoek aan de Spartaanse gezanten die eerder in Athene waren gekomen (zie slot van boek 8, hfdst. 144).

[2] Schone jongeman die de geliefde van Apollo was, maar door hem bij het discuswerpen dodelijk werd getroffen; de Hyakinthia was een driedaags feest dat in de lente in Amyklai, (ten zuidwesten van Sparta) werd gehouden.

[3] Zij worden ook genoemd in boek 6, hfdst. 63 (vgl. daar opm.5).

[4] Dit gebeurt in omgekeerde volgorde ten opzichte van de opdracht die de gezanten meekregen in het vorige hoofdstuk: eerst [7α] wordt het Atheense standpunt beschreven en daarna [7β] het lakse optreden van de Lakedaimoniërs.

[5] Zo luidde de formule in het oorspronkelijke voorstel (zie boek 8, hfdst. 140α, en opm. 2 aldaar).

[6] Directe verwijzing naar het antwoord dat het Lakedaimonische gezantschap in Athene had gekregen (zie boek 8, hfdst. 144).

[7] M.a.w. de Atheners knappen het wel op en de muur over de Isthmos biedt voldoende bescherming.

[8] Vlakte ten westen van Athene, tegenwoordig het gebied tussen Aspropyrgos en Magoula, vlak genoeg om plaats te bieden aan het vliegveld van Elefsina.

[9] In wezen een onbegrijpelijke keuze, want de Perzen zouden met hun ruiterij in het voordeel zijn.